Programma's

Wonen en Stedelijke ontwikkeling

Wonen en zorg

Traditioneel woonden ouderen met een zorgbehoefte, maar ook andere mensen met een functiebeperking of hulpbehoefte, vaak in tehuizen en instellingen. Sinds 2002 werkt de gemeente voor ouderen aan een stadsbreed beleid van “woonservicegebieden”. Doel is dat ouderen en mensen met een functiebeperking zo lang mogelijk zelfstandig kunnen wonen. Tehuiszorg wordt daarvoor vervangen door zorg aan huis, geleverd in gewone woningen of in speciaal daarvoor gebouwde huizen. Deze trend wordt ‘extramuralisering’ genoemd en wordt ook in het Rijksbeleid nagestreefd/bevorderd. Overigens is het meer/langer op zichzelf willen wonen een trend die maatschappelijk, binnen de bevolking, al langer aanwezig is, ook los van overheidsbeleid. In het vierde kwartaal 2020 woonde bijna 95% van de 70-plussers in Nijmegen zelfstandig, ongeveer vergelijkbaar met de vergelijkingssteden.
Recenter staat de verhoogde uitstroom van kwetsbaren in de aandacht, ook zij moeten een plaats krijgen in de gewone woningvoorraad.

Senioren meestal in de normale woningvoorraad

De 18.700 Nijmeegse seniorenhuishoudens (65+) in het WoON 2018 wonen voor de overgrote meerderheid in de normale woningvoorraad (87%). Ruim de helft kent geen fysieke beperkingen, nog eens 40% wel enige beperking, maar niet ernstig. In 10% van de gevallen is er wel sprake van ernstige beperkingen.
40% van de ouderenhuishoudens zit in de nabijheid van een steunpunt of dienstencentrum en 60% niet. Ongeveer 3.000 wonen in een specifieke ouderenwoning, ongeveer voor de helft in een serviceflat, woonzorgcomplex of andere woonvorm.
Het rapportcijfer dat ouderen geven voor de mate van tevredenheid met het leven (7,8) doet niet onder voor het gemiddelde. Wanneer met een partner wordt samengeleefd, is de waardering met een 7,9 zelfs boven het gemiddelde van 7,8 voor alle Nijmegenaren (WoON 2018).

Toegankelijkheid woningvoorraad

De meeste woningen in zowel de huur- als de koopsector behoorden in het WoON-onderzoek 2018 tot de woningen die niet bijzonder geschikt zijn vanuit het oogpunt van wonen met zorg of met een beperking. Van de 77.000 woningen waarover informatie was, betrof bijna een kwart (18.500) "nultredenwoningen", meestal flats. Nog eens 15.000 (19%) woningen waren wel intern gelijkvloers toegankelijk, maar daarbij kon de voordeur niet gelijkvloers bereikt worden. Bijna de helft van de woningen is wel extern toegankelijk, maar kent intern obstakels (denk aan een gangbare laagbouwwoning met een trap erin) en nog eens 7500 woningen (10%) kent binnen en buiten obstakels.
Bijna driekwart van de nultredenwoningen zitten in de huursector en tachtig procent is etagebouw. Ongeveer een derde van de nultredenwoningen werd bewoond door 65+ huishoudens. Omgekeerd woonde ook een derde van de 18.700 65+ huishoudens in een nultredenwoning. Bij de groep 50-64 was dat slechts 14%.

In 7.300 van de 77.000 bewoonde woningen in het WoONonderzoek 2018 waren voorzieningen voor een handicap aanwezig. In meer dan de helft van deze woningen woonde een 65+ huishouden. Ongeveer 3.000 huishoudens woonden in een woning speciaal bedoeld voor ouderen, merendeels in een speciaal complex of project.

In een recentere becijfering (RIGO, ABF, BZK) wordt een ruimer begrip van geschiktheid gebruikt: woningen die met een investering tot 10.000 euro geschikt te maken zijn tellen dan ook mee. Veel gangbare eengezinswoningen voldoen aan die voorwaarde. Daardoor stijgt het percentage 55+ huishoudens in geschikte woningen naar 88% in 2019.

Dezelfde bron kijkt ook naar de geschiktheid van de woonomgeving. Als binnen 500 meter 2 van een bepaalde set basisvoorzieningen voorhanden zijn, telt een adres als geschikt voor 75+ huishoudens. In Nijmegen woont ruim de helft (53%) van de 55+huishoudens op zo'n geschikt woonadres.
Gecombineerd (geschikte woning, geschikte omgeving) zit 46% van de Nijmeegse 55+ huishoudens in een levensloopbestendige situatie. Nog eens 42% zit in een geschikte woning, maar wat verder weg van voorzieningen.

Forse groei van vooral 75+ huishoudens verwacht

De komende jaren worden de eerste mensen uit de grote na-oorlogse geboortegeneraties 75 jaar. Het instromen van deze groep zorgt in de periode 2022-2035 voor een toename van ongeveer 60% (7.000 personen) in de leeftijdklasse 75+ (Demografische Verkenning 2021).

Deze pagina is gebouwd op 07/14/2022 17:06:38 met de export van 07/14/2022 16:46:55